| LVDK 21012 | 04-06-2021 |
Geacht College,
Ik ben verbijsterd over het gebrek aan staatsrechtelijke kennis van de raad en het gemak waarmee de ondersteuners van de raad bereid zijn mee te gaan met een (ambtelijk) advies wat naar mijn stellige overtuiging, onjuist is en zelfs in de wegstaat van de boogde doelstellingen van de ontvangers van het advies. Ter onderbouwing van de gekozen besluitvormingsvorm is gebruik gemaakt van een advies dat, naar mijn stellige overtuiging, kennelijk onjuist is. Een motie is niet het middel om een raadsbesluit tot wijziging van een verordening ongedaan te maken.
Een aangenomen motie is wel is waar na ondertekening door de voorzitter en de griffier een besluit van de Raad en daar mee een raadsbesluit maar daarmede nog geen raadsbesluit met een rechtsgevolg.
Lees is een aantal verhandelingen over wat moties zijn op een aantal betrouwbare websites:
“
Indienen van motiesEen motie is een korte verklaring over een onderwerp, waarmee een oordeel, wens of verzoek wordt uitgesproken, zonder dat daaraan rechtsgevolgen zijn verbonden. Aan de motie kan de initiatiefnemer desgewenst een oproep toevoegen aan het college of de raad om tot actie over te gaan. Ieder raadslid kan tijdens een raadsvergadering een schriftelijke motie indienen bij de voorzitter van de raad. Als een meerderheid van de gemeenteraad voor de motie stemt, is deze ‘aanvaard’.
”
“
Motie
Geregeld in het Regelement van Orde van de gemeente
Wat is het?
Een korte en gemotiveerde verklaring van de raad, waarmee een oordeel, wens of verzoek aan het college of de raad wordt uitgesproken. Dit betreft niet een wijziging van een (voorgesteld) raadsbesluit, maar een uitspraak over een onderwerp dat wordt besproken om het college uiteindelijk op te dragen iets te doen of juist iets niet te doen.
Hoe te gebruiken?
Ieder raadslid kan tijdens een raadsvergadering een schriftelijke motie indienen bij de voorzitter van de raad. Deze motie wordt vervolgens tijdens een raadsvergadering besproken en als een meerderheid van de gemeenteraad voor de motie stemt, is deze ‘aanvaard’. Als de raad een motie aanneemt, is dit echter niet bindend. Het is geen wijziging van een besluit. Het is wel een door de raad gedragen politieke uitspraak. Een bijzondere vorm is de motie van afkeuring of wantrouwen.
”
“
MotieTijdens een debat in de raad kun je een motie indienen. Daarin laat je de raad een uitspraak doen over een onderwerp dat op de agenda staat, met als doel dat het college van B en W ermee aan de slag gaat. Als de raad een motie aanneemt, is dat niet bindend. Het is ook geen wijziging van een besluit. Het is aan het college om de motie al dan niet uit te voeren.
”
“
MotieEen raadslid kan door middel van een motie een uitspraak vragen aan de raad. Met een motie kan de raad ook een verzoek of wens doen aan het college. Moties worden behandeld bij het agendapunt over hetzelfde onderwerp. Tijdens de vergadering kunnen moties worden veranderd of ingetrokken. De meerderheid van de raad moet voor de motie stemmen.
”
In een telefoongesprek met een collega waarin ik de vraag stelde waarom kies men voor een motie en niet voor een raadsbesluit kwam de voor mij het verbijsterende antwoord: “dat wilde de wethouder”. Hoe is het in het duale stelsel mogelijk dat een wethouder bepalend zou willen zijn over hoe de raad een eerder genomen besluit zou corrigeren/aanpassen?
Waarom is er dan een advies dat de gewenste vorm ‘een motie’ mogelijk acht. Wat is de oorzaak dat de adviseurs van de Raad tot een dergelijk advies komen dat, naar mijn stellige overtuiging, volstrekt in strijd is met wat gebruikelijk is wat indien gebruikt niet leidt tot het gewenste gevolg aanpassing van de verordening? Waarom zijn de collega’s niet instaat gebleken dat eigenstandig te constateren. Ik was verbijsterd en ben dat nog. De Raad heeft eigenstandige middelen om haar wil kenbaar te maken en om te zetten in besluiten met een rechtsgevolg of een politiekgevolg.
Na ruim 3 jaar verwacht ik dat de collega’s maar ook de adviseurs weten wat de bevoegdheden, procedures, regels en gebruiken zijn. Maar ook verwacht ik dat raadsleden hun positie kennen ten opzicht van het college en de wethouders. Staatsrechtelijke regels en gebruiken zijn niet ‘ook maar een mening’. Ze dienen, naar mijn gevoelen, simpel opgevolgd te worden.
In afwachting van uw reactie,
met vriendelijke groet,
LOUIS VAN DER KALLEN.