KANSEN/ TUSSEN DROOM EN DAAD/ COLLEGEVORMING/ WE DENKEN MEE!

| jaar 5 | nummer 212 |

| 06-05-2018 | 10.00 uur |


 

| ALBERT LAUBENSTEIN |  

 

 


 

| KANSEN |  

 

Het artikel in onze nieuwsbrief “wie dan leeft, die dan zorgt” van vorige week heeft tot nogal wat reacties, inclusief een artikel in BNdeStem, geleid.  

Wethouder Coppens (gaat dadelijk genieten van zijn pensioen) noemt minder investeren “de dood in de pot” “dan laten we kansen liggen”. Dat is nu precies wat de VVD altijd roept. Het waren de ‘kansen’ die de afgelopen jaren ons hebben gebracht waar we zijn. De ‘kansen’ die Nedalco en de Bergse Haven ons boden. Die mochten vooral niet gemist worden. Andere kansen, zoals schuldverlichting door artikel 12 aan te vragen werden niet gegrepen. Ik vroeg er in 2008 en 2009 al om. Die kans hadden had ons de afgelopen jaren al tientallen miljoen extra geld uit het gemeentefonds opgeleverd. Ik schreef daar de vorige gemeenteraadverkiezing over. De lasten voor de inwoners waren dan weliswaar nog verder gestegen, maar het grote voordeel was geweest dat andere gemeenten dan mee hadden betaald aan het afbetalen van onze schulden, omdat wij dan een grotere uitkering hadden gekregen uit het Gemeentefonds en de andere gemeenten minder. Dit had betekend dat de financiële positie van de gemeente verbeterd was. Het eerlijke verhaal is: wie zijn achterste brandt, moet op de blaren zitten.

Nu spreken ze weer af dat de belastingen niet verder mogen stijgen dan de inflatie. Ze gaan gewoon door met lasten te verschuiven naar de toekomst. Wie vandaag geniet van de ‘goede zorgen’ van de gemeente zou er ook een eerlijke prijs voor moeten betalen. Dat heet het profijtbeginsel. Nu is het zo dat de toekomstige bewoners van Bergen op Zoom de lasten moeten betalen voor het genieten van vandaag. Voor mij is dat uitbuiting van de toekomstige generaties of gewoon potverteren! Dat deden de Grieken ook 30 jaar daar wordt de prijs nu betaald.

Wat ik in de reactie van wethouder Coppens weinig bestuurlijk vind is de slot zin van het BNdeStem artikel van woensdag 2 mei. “We weten dat een aanvaardbare schuld voor een gemeente als de onze rond de 180, 185 miljoen euro zit. Veel geld. Dat ga ik niet bagatelliseren.” Juist dit is een bagatellisering van de eerste orde. Sinds 2008 is de schuld positie van veel gemeenten verslechterd. Nu is de wethouder klaarblijkelijk van mening dat ‘aanvaardbaar’ zo’n beetje de gemiddelde schuld is van gemeenten van onze grootte in 2018. Dat op zich is al een denkfout. Buiten schuld zou de solvabiliteit meegenomen moeten worden. Maar dat spreekt deze wethouder en dit college niet erg aan. Een acceptabele solvabiliteitsnorm zou 50 % zijn. Dat vertaalt in een schuld als ‘aanvaardbare’ schuld voor Bergen op Zoom betekent een maximale schuld van 132 miljoen (93 miljoen minder dan nu het geval is). Een tweede denkfout is de vergelijkbaarheid met andere gemeenten van deze grootte. Die andere gemeenten zetten in op groei door het hebben van voldoende nieuwe bedrijventerreinen. Bergen op Zoom heeft op dit gebied vrijwel niets meer in de aanbieding. Dat betekent dat  Bergen op Zoom op termijn een slaapstad wordt en een solvabiliteitsnorm voor een stad zonder groeiverwachting is aanzienlijk lager.

Louis van der Kallen    

 


 

| TUSSEN DROOM EN DAAD |  

 

Bergen op Zoom wil met de stranden aan de Binnenschelde en met de ontwikkelingen aan de Boulevard uitgroeien tot een toeristisch recreatieve stad die een veelheid te bieden heeft. Buiten de monumentale binnenstad met topattracties als de Gevangenpoort, het Stadhuis en het Markiezenhof, onze bos- en heidegebieden, een jachthaven moet de Boulevard en de Binnenschelde de toerist mogelijkheden bieden tot recreatie aan, in en op het water.

Wat is daar dan voor nodig? Een beheer van dat water, strand en omgeving die daarop aangepast is. Daar is nog heel wat aan te verbeteren, zoals een regenbestendig strand. Onderstaande foto laat zien dat strand en sommige strandopgangen na een stevige regenbui niet met droge voeten betreedbaar is.

En zelfs na drie vrijwel droge dagen is dat op een aantal plekken nog niet het geval. Zie onderstaande foto’s. Is het nu zo moeilijk om een aflopend strand te maken?

Maar er kan meer. Afvalbakken frequenter legen en regelmatig schoon maken. Schone en hele wimpels. En biedt de aanliggende ondernemers de mogelijkheid aan om vlaggenstokken te plaatsen en zorg dat de Bergse vlag in een bijpassend formaat beschikbaar is. Het is mooi om bij een enkele ondernemer een Brabantse vlag te zien. Maar daar kan ook een Bergse vlag hangen van het juiste formaat. Maar die is volgens die ondernemers niet te koop. Heet bezoekers welkom met hun vlag. Bijvoorbeeld op Belgische vrije dagen zoals 1 mei met een Belgische vlag. Er kan nog veel verbeterd worden. Maar wat echt snel beter moet is de waterafvoer van de stranden!

Louis van der Kallen

 


 

| COLLEGEVORMING |  

 

Ruim zes en en een halve week geleden hebben de burgers in Nederland hun nieuwe gemeenteraden gekozen. Zo ook in Bergen op Zoom. Inmiddels wordt er al weer ruim vijf weken gesleuteld aan een nieuw college van B&W in onze gemeente.

Er is voor gekozen om in eerste instantie de winnaars van de verkiezingen de kans en de ruimte te geven om een stabiel en vertrouwenwekkende coalitie te vormen, GBWP, VVD, CDA en Groen Links. Ik kan dit begrijpen. Maar wat ik niet snap is dat de grote pleitbezorger van “onderhandelen over een nieuw college in de openbaarheid”, Groen Links, het over haar kant laat gaan dat er aan de kiezers al weken niets gemeld wordt over de voortgang van het proces. Dit zegt iets over de pre-positionering van de vier deelnemende fracties. Anders gezegd, alle vier deelnemende fracties hebben (in theorie) een gelijkwaardige startpositie aan tafel alleen de een, zoals Groen Links en het CDA, minder dan GBWP en de VVD.

Dat er al zolang sprake is van radiostilte kan een aantal oorzaken hebben:

  1. Het ontbreekt aan een grote mate van overeenstemming over de inhoud van het beleid de komende vier jaar. De financiële positie van Bergen op Zoom geeft daar alle aanleiding toe.
  2. Er wordt gesteggeld over de verdeling van de (machts-)portefeuilles.
  3. Er bestaat onvoldoende vertrouwen over en weer in elkaars (voorlopig) voorgedragen kandidaten.

Ad 1.
Als het ontbreken aan voldoende overeenstemming over het beleid de oorzaak is van de lange radiostilte, raakt dit het vertrouwen in elkaars bedoelingen. Als voorbeeld noem ik hierbij de penibele financiële positie van onze gemeente, waar Louis van der Kallen recentelijk uitgebreid over heeft geschreven. Zeker drie van de huidige vier onderhandelaars hebben tijdens de  verkiezingscampagne allerlei beloften gedaan aan de kiezers die veel geld (gaan) kosten. Het inlossen van die beloften zal voor de financiële positie van Bergen op Zoom leiden tot een gigantisch drama voor de toekomst. Het (deels) niet inlossen er van anderzijds kan tot geen andere conclusie leiden dan dat de kiezer zich zwaar bedrogen voelt door de belovende partijen. Het CDA en Groen Links hebben bovendien hun positie al bij voorbaat verzwakt door zich vanaf het begin te gretig te tonen om aan de coalitie en het college van B&W te mogen deelnemen.

Ad 2.
Het verdelen van de portefeuilles is meer dan alleen maar een evenwichtige verdeling van de tijdsbelasting. Er zijn portefeuilles met de mogelijkheid tot profilering (doen het leuk in de krant, bijvoorbeeld duurzaamheid), maar die weinig bestuursmacht geven. Er zijn portefeuilles die vanwege hun strategische plaats in het bestuur de mogelijkheid geven tot het kunnen trekken aan alle bestuurlijke touwtjes (bijvoorbeeld financiën), en er bestaan portefeuilles met een groot afbreukrisico voor de bestuurder (hoofdpijndossiers)

Ad 3.
Van de toekomstige wethouders/bestuurders mag verwacht worden dat zij toonaangevende leiders zijn die de eigenschappen van eerlijkheid, oprechtheid, transparantie, empathie en authenticiteit hoog in hun vaandel dragen, aldus Gert-Jan Ludden adviseur bij het SVDC in zijn bijdrage in BN De Stem van woensdag 2 mei j.l. Of de nu genoemde kandidaten in voldoende mate over deze eigenschappen beschikken zal vooral in de praktijk moeten blijken. Maar of het verstandig is om het daarop te laten aankomen is de vraag. Het wegsturen van een wethouder destabiliseert het gemeentebestuur en kost de gemeenschap handen vol geld aan wachtgeld, dat geld is hard nodig voor belangrijker noodzakelijke zaken. Beter voorkomen dan genezen!

Mijn conclusies:
Op dit moment wordt er, achter gesloten deuren(!), gesleuteld aan het vormen van een nieuw college van B&W voor onze gemeente. Een grote meerderheid van de onderhandelende fracties hebben tijdens de verkiezingscampagnes beloften gedaan die, bij inlossing ervan, tot een nog dramatischer financiële positie van onze gemeente zal leiden. Uiteindelijk zal de burger de rekening moeten betalen of zich teleurgesteld afkeren van de politiek omdat die hun beloften niet na komen. Hiermee zal het vertrouwen in de overheid verder tot een dieptepunt dalen.

De portefeuilleverdeling zal, bij gebrek aan transparantie naar de kiezers in deze fase, leiden tot een proces met Machiavelli-achtige trekjes. Gretigheid zal daarbij leiden tot het krijgen van een troostprijs. De macht van het getal zal daarbij , indien nodig, zeker worden gehanteerd.

Voor de kandidaat wethouders geldt dat zij bereid moeten zijn zich, naast het overleggen van een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) en een antecedentonderzoek, te onderwerpen aan een integriteitsonderzoek en een (psychologisch) onderzoek naar hun mogelijke risicogedrag voor de gemeente en de gemeenschap. Een wethouder moet integer, eerlijk en oprecht zijn. Naar buiten toe dient hij helder te zijn. Als bestuurder moet je, volgens Gert-Jan Ludden, het lef hebben tegen een journalist te zeggen “Wat is dat voor een domme vraag die u mij voor de derde keer stelt? U brengt een serieuze kwestie terug tot een politiek steekspel. Als u geen andere vraag meer heeft dan ben ik klaar met u”

Dit staat in schril contrast met het gedrag van een van de huidige wethouderskandidaten die zich in 2004 als fractievoorzitter door een toenmalige verslaggever van BN De Stem liet opjutten om tegen  een wethouder een motie van wantrouwen in te dienen om een onbenullige zaak, in ruil voor een artikeltje in de krant waarin zijn naam werd genoemd. Dergelijk gedrag ondermijnt het onderling vertrouwen in het college en is een potentieel risico voor de coalitie.

Het zou goed zijn nog eens diepgaand te onderzoeken of een dergelijk risico ook de toekomstige coalitie kan bedreigen. Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald.

Piet van den Kieboom

 


 

| WE DENKEN MEE! |  

 

Nu er bijna geen verkoopbare bedrijventerreinen meer over zijn (volgens de jaarrekening 2017 is er in 2020 en 2021 nog 1000 vierkante meter per jaar beschikbaar) en de gemiddelde persoonlijke inkomsten in Bergen op Zoom tot de laagste van de regio behoren, zal er gekeken moeten worden hoe we de werkgelegenheid ook voor hoger opgeleiden omhoog krijgen en Bergen op Zoom als bedrijfsvestigingsplaats aantrekkelijk houden. Nieuwe bedrijven aantrekken is straks haast niet meer mogelijk wegens het gebrek aan beschikbare/verkoopbare bedrijventerreinen.

Bergen op Zoom kent een fors aantal internationaal werkende bedrijven waarvan een aantal tot de grootste exporteurs van de regio behoren. Die bedrijven kennen een relatief hoog aantal expats. Voor die bedrijven is het van belang dat zij aantrekkelijk blijven voor expats, die vaak unieke kennis leveren die van groot belang is voor de betrokken onderneming om te komen tot groei of vernieuwing en het betreden van nieuwe markten. Partners van expats zijn vaak hoogopgeleid en willen veelal graag aan de slag in de werkomgeving van hun partner. Zij hebben echter grote moeite een baan op hun niveau te vinden. Eindhoven en Amsterdam kennen programma’s om partners van expats op niveau aan de slag te helpen. Zo werkt Eindhoven samen met Expat Spouces Initiative (ESI). ESI is een organisatie die zich richt op het vinden van een baan op niveau voor de partner van de expat. Ook Amsterdam kent een dergelijke samenwerking, maar dan met Access.  

Met weinig beschikbare bedrijventerreinen zullen we als samenleving alle zeilen bij moeten zetten om aantrekkelijk te zijn voor kleine vernieuwende bedrijven, die vaak ook werken met expats en voor de bestaande grote, op exportgerichte bedrijven die ook relatief veel gebruik maken van expats.

Gemeente kijk eens samen met het bedrijfsleven (Kamer van Koophandel) wat wij als gemeente Bergen op Zoom eventueel met andere overheden, zoals bijvoorbeeld het waterschap Brabantse Delta, hier kunnen betekenen.

Ik schreef hier recent een brief over aan het college van B&W.

Louis van der Kallen

STEUN ONS DOOR DE BSD FACEBOOKPAGINA LEUK TE VINDEN