HANDHAVEN IS ZELDZAAM/ LIEFDE VOOR LELIJKHEID – 2/ HET BLIJFT TOBBEN/ GESPOT

| jaar 4 | nummer 173 |

| 06-08-2017 | 12.00 uur |


 

| HANDHAVEN IS ZELDZAAM |  

 

Al drie jaar wachten bewoners van het Wagenpleintje op hun oversteekplaats die er echt snel moet komen. Of de veiligheid dan werkelijk toeneemt is de vraag. Veiligheid is niet alleen een kwestie van de inrichting het openbare gebied zoals wegen stoepen en oversteekplaatsen, maar is ook een kwestie van gedrag van weggebruikers.

Het verkeer door de Burgemeester van de Laarstraat richting de Van Konijnenburgweg trekt zich al jaren niets aan van het bestaande éénrichtingsverkeersbord. Zowel vrachtverkeer als personenauto’s zijn daar notoire overtreders. Waarom niet het simpel handhaven van de regels. Een camera die foto’s maakt van overtreders, die daarna een stevige bon ontvangen kan wonderen doen en is heel wat goedkoper dan de weg aanpassen. Het kijken naar de situatie ter plaatse leert dat handhaven niet éénvoudig is, omdat de Burgemeester van de Laarstraat in strikte zin mogelijk geen openbare weg is. De weg ligt op particulier terrein, terwijl hij lijkt op een gewone openbare weg! De vraag is dan: waar begint de openbare weg? Is een herhaling van een inrijverbodsbord geboden, waardoor optreden tegen overtreders mogelijk wordt?  Waarom zijn er in het verleden geen obstakels op de weg aangebracht om het éénrichtingsverkeer af te dwingen en om daarmee ook een eind te maken aan het oprijden van de van Konijnenburgweg?

De BSD is voor verbetering van de veiligheid. Maar een overheid, die zich zelf en haar beleid serieus neemt, maakt niet alleen (verkeer)regels maar handhaaft ze ook. Zelf heb ik al eens de overtredingen geteld bezien vanuit de plek (Zuivelplein) waar ik met regelmaat sta met mijn praatpaal. Mijn uurrecord was 59. Fietsen, brommeren, te hard rijden met een scootmobiel  door voetgangersgebied en afval op straat gooien waren de toppers. Handhaven van verkeersregels in Bergen op Zoom is helaas (te) zeldzaam.

Louis van der Kallen

 


 

| LIEFDE VOOR LELIJKHEID – 2 |  

 

Naar aanleiding van deze foto schreef ik op 5 mei de brief “liefde voor lelijkheid” aan het college van B&W. Het moet gezegd worden: er werd actie ondernomen. Het ontsierende bord en dat lelijke kruis in de bestrating bij het Markiezenhof is verdwenen. Is Louis nu blij?

Niet echt. Ik ben blij dat het college van B&W in heeft gezien dat dit wel heel veel lelijkheid was bij zo iets moois als ons gekoesterde Markiezenhof. Maar is de verandering met liefde voor het gebied en het vak van bestraten aangepakt? Niet dus! Meerdere kleuren stenen zijn (her)gebruikt en de stenen lijken er in gelegd op een maandagmorgen door iemand die een ‘zwaar’ weekeinde had doorgemaakt en nog wakker moest worden. Of door iemand die dacht: gescheurde en opgelapte spijkerbroeken zijn mode, ik zal de bestrating eens met die gedachte gaan leggen.

Op 5 mei schreef ik: “Doe er nu eens wat aan. En neem in hemelsnaam mensen aan die van onze stad houden.” Dat geldt voor de mensen die de beslissingen nemen, maar zeker ook voor de werkvloer en voor degenen die ingehuurd worden om incidentele klussen te doen, zoals het bestraten. Bergen op Zoom kan mooi zijn. Zeker om en nabij het Markiezenhof verwacht ik dat met liefde voor ieders vak wordt gewerkt. Straten maken is een vak, een vaardigheid die ik niet bezit. Maar ik kan wel zien dat dit opgeleverde werk bij lange na niet voldoet aan de normen voor een acceptabele bestrating. Maar ja, ik ben ook geen liefhebber van opgelapte en gescheurde spijkerbroeken!

Louis van der Kallen

 


 

| HET BLIJFT TOBBEN |  

 

Afgelopen week was ik aanwezig bij een gesprek van een journalist van BN/De Stem met twee dames uit Bergen op Zoom die hun verhaal deden over de houding van de gemeente inzake huishoudelijke ondersteuning vanuit de WMO. Twee strijdvaardige dames met terechte kritiek op de wijze waarop in onze gemeente de huishoudelijke zorg vanuit de WMO wordt ingevuld.

Waar gaat het over? De Rijksoverheid heeft als beleid dat ouderen en mensen met een beperking zo lang mogelijk zelfstandig moeten kunnen  blijven wonen. Verblijf in een verzorgingshuis of andere instelling wordt in rap tempo afgebouwd. Om met een beperking zo lang mogelijk zelfstandig te kunnen blijven wonen en deel te kunnen nemen aan de samenleving is het wel een absolute voorwaarde dat er zorg geboden wordt die dit mogelijk maakt. Volgens staatssecretaris van Rijn: ”En die hulp moet men zo lang en zo goed mogelijk op maat thuis krijgen”! “Mensen die kwetsbaar zijn en de schoonmaak van hun huis niet zelf kunnen betalen, moeten geholpen worden door de gemeente”.

Om voor huishoudelijke hulp in aanmerking te komen wordt door de gemeente de persoonlijke situatie van betrokkene bekeken. Als wordt vast gesteld dat het geven van huishoudelijke zorg noodzakelijk is, wordt aan een zorginstelling een budget vanuit de WMO beschikbaar gesteld en gevraagd een ‘leveringsplan’ op te stellen samen met de client. Waar voorheen, tot 1 januari 2015, de gemeente het aantal uren ondersteuning opnam in haar besluit, wordt nu volstaan met een te bereiken resultaat “Een schone en leefbare woning en schone en hele kleding”. De invulling van het aantal uren ondersteuning wordt overgelaten aan de zorgverlener. In de praktijk komt het er op neer dat burgers die ondersteuning nodig hebben, fors worden gekort op het aantal uren zorg. De zorgverlener ontvangt immers een budget van de gemeente waarmee ze zelf het aantal uren zorg kunnen bepalen. Een groot aantal zorgbehoevenden hebben hier bezwaar tegen ingediend, waaronder een van de twee dames.

Ondanks een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep en een vonnis van de Rechtbank in Breda in 2016, wat inhoudt dat de gemeenten concreet het aantal uren zorg dienen aan te geven in haar beslissing, weigert de gemeente Bergen op Zoom dit in haar beleid op te nemen. Er wordt al (te) lange tijd gemeld dat men “er mee bezig is”! De BSD-fractie heeft hierover al een aantal brieven gestuurd en opheldering gevraagd aan het college. De fractie heeft zelfs een motie voorgelegd aan de gemeenteraad. Daarin werd het college opgeroepen om, na deze rechtelijke uitspraken, haar beleid aan te passen en de bezwaarmakers, maar ook degenen die geen bezwaar hadden ingediend, met terugwerkende kracht alsnog het aantal uren ondersteuning, niet alleen op te nemen in haar besluit, maar ook daadwerkelijk te leveren. De motie kreeg jammer genoeg onvoldoende steun.

De BSD-fractie zal zich echter blijven inzetten om er voor te zorgen dat burgers die noodzakelijkerwijs zijn aangewezen op huishoudelijke ondersteuning vanuit de WMO, dit met vermelding van het aantal uren daadwerkelijk krijgen. De fractie zal daarom opnieuw de raad om een uitspraak vragen dit bij het college af te dwingen. Zeker als je moet vaststellen dat de gemeente Bergen op Zoom over zowel 2015 als 2016 jaarlijks ruim 1,5 miljoen euro heeft ‘overgehouden’ op het WMO-budget.

Piet van den Kieboom

 


 

| GESPOT IN BERGEN OP ZOOM |  

 

‘Achteraf’ betekent niet dat er niet opgeruimd of gehandhaafd moet worden.