INSTALLATIE/ FIETSENSTALLING/ PARELS/ WATERTEKORT

| jaar 5 | nummer 207 |

| 01-04-2018 | 12.00 uur |


 

| INSTALLATIE |  

 

De installatie van de nieuwe gemeenteraad is voor mij altijd een plechtige gebeurtenis. De eed (“Zo waarlijk helpe mij God Almachtig”) of de verklaring en belofte (“Dat verklaar en beloof ik”) is een krachtige verbintenis die wordt aangegaan.

De keuze loopt door de partijen heen. God is voor de monotheïsten het opperwezen, de almachtige. Het viel mij op dat van de aanwezige moslims er maar één koos voor de eed. De andere islamitische gelovigen kozen voor de verklaring en belofte. Dit terwijl de eed (een plechtige verklaring onder aanroeping van iets heiligs) voor de aflegger in de Nederlandse traditie past van de gezworene die beseft dat een belofte gebaseerd op de eigen eer toch iets anders is dan een afgelegde eed in het aangezicht van de almachtige. Pas met de secularisering/ontkerkelijking is de verklaring en belofte in zwang gekomen en wettelijk geregeld.  

God is de naam van de Almachtige in de Nederlandse taal. Jahweh is in het Hebreeuwse de naam van het Opperwezen, de Almachtige en Allah de Arabische naam van het Opperwezen de Almachtige. In een gemeenteraad wordt Nederlands gesproken. In dat licht zou de drempel voor gelovige Islamieten om de eed af te leggen toch lager kunnen zijn dan het nu lijkt. Want het Nederlandse woord God staat ook voor hun god Allah. Ik denk zelf dat God, Allah of Jahweh (Elōhîm) of het Aramese en Syrische Alāhā  één en dezelfde is. Mijn fractiegenoot Farid legde de eed af. Ik denk dat het kan helpen elkaar te accepteren en te waarderen als leden van de monotheïstische geloofsgemeenschappen beseffen dat hun god de zelfde is als de god van het andere geloven. Farid ik ben trots op je.

Toen ik mijn waarneming besprak met een aantal collega’s zei Arjan van der Weegen: misschien zouden we de eed moeten veranderen in “Zo waarlijk helpe mij mijn God Almachtig”.

In het praatje van de burgemeester na de installatie viel mij op dat bij de opsomming van de toekomstige uitdagingen het woord hittestress viel. Ik maak mij voor de aanpak van klimaatadaptatie en hittestress al jaren sterk. Ondanks het verlies van twee zetels ging ik toch met een positief gevoel en met iets om over na te denken naar huis. We gaan er weer voor!

Louis van der Kallen

 


 

| FIETSENSTALLING |  

 

Afgelopen week de aankondiging van een nieuwe fietsenstalling met veel extra’s en een ruimere openstelling aan de Fortuinstraat. Een “City Service Punt”. Zo op het oog een mooi initiatief.

De vraag is dan altijd hoe gaat het eruit zien en komt er ook een in- en uitgang aan de Kortemeestraat, richting de bibliotheek? Als je op een marktdag een bezoek brengt aan de stalling op het Pastoor Joorenplein, dan is de conclusie al snel dat de bovenste stallingslaag (vrijwel) niet gebruikt wordt. Zowel van bezoekers als van de dienstdoende toezichthoudster hoorde ik dat het zwaar is om de bovenste stallingslaag te gebruiken en voor elektrische fietsen haast ondoenlijk. Van die vrijwel niet gebruikte laag hebben de gebruikers van de onderste laag wel last. Zeker als ze hun eigendom met een ketting beter willen beschermen. Je stoot er makkelijk je hoofd tegen en dat kan een lelijke wond en/of stevige hoofdpijn tot gevolg hebben. Mij viel ook de leegstand op tijdens de toch relatieve drukte op een marktdag. Volgens de toezichthoudster is de capaciteit op mooie zomerse dagen, als de campings vol zitten, soms wel goed benut. 

Wat leren we hier van voor de inrichting van de nieuwe stalling? Daar maar geen tweede laag? Of een tweede laag die makkelijker, ook voor de zware elektrische fietsen, te benutten is en minder of geen gevaar voor gebruikers van de onderste laag oplevert? Is een tweede uitgang nuttig en hoe zit het dan met het toezicht? Zo maar wat vragen waar het college, die 3,5 jaar onderhandeld heeft, vast al over heeft nagedacht! Wat mij in het stukje in BNdeStem ook opviel was de opmerking over de financiering van de 80.000 euro per jaar aan meerkosten. “Er vallen elders in de begroting kapitaallasten vrij.” Als we werkelijk van onze schulden af willen komen en de solvabiliteit willen verbeteren, moeten we vrijvallende kapitaallasten niet gelijk gaan gebruiken voor nieuwe uitgaven, maar voor vermindering van onze uitgaven en voor schuldvermindering. Hoe moeten dit soort zaken dan bekostigd worden? Wat te denken van een bijdrage door de ondernemers die hun omzetten kunnen verhogen door verkopen aan de extra bezoekers van de binnenstad?

Louis van der Kallen    

 


 

| PARELS |  

 

Ons land en ook onze gemeente kent tal van (natuur/ toeristische/ cultuur/ geschiedenis) parels die voor het grote publiek niet of nauwelijks bekend zijn.

Voor mij een topper is het waterloopbos in de Noordoostpolder bij Marknesse. Verstopt tussen de bomen van dat bos, bouwden ingenieurs van het Waterloopkundig Laboratorium in de jaren 50 en 60  circa 30 schaalmodellen van waterbouwkundige projecten. Van de Deltawerken tot een dijk in Suriname. Verstopt, want de schaalmodellen zijn in verval geraakt. Toen het Waterloopkundig Laboratorium in 1995 de polder verliet, was het idee om er recreatiewoningen te gaan bouwen. Het duurde even voordat men inzag hoe uniek dit gebied is. In 2013 werd het bos met de schaalmodellen een rijksmonument. Natuurmonumenten beheert er nu een bezoekerscentrum. Vanaf het bezoekerscentrum starten diverse wandel- en fiets routes waaronder twee geschikt voor mindervaliden.

Ook Bergen op Zoom kent vele relatief onbekende pareltjes, zie bijvoorbeeld dit filmpje.

Louis van der Kallen

 


 

| WATERTEKORT |  

 

Waterschaarste lijkt geen Nederlands probleem. Tot nu toe is dat de meeste jaren ook zo. Toch is de verwachting dat door klimaatveranderingen ook in Nederland zomerse droogteproblemen en waterschaarste in toenemende mate een probleem kunnen worden, waarmee de land- en tuinbouw maar ook transport over water in de (nabije) toekomst geconfronteerd kunnen worden.   

Het tot op heden meest droge jaar dat ik heb mee mogen maken was 1976. De droogte was toen bijna dagelijks het nieuwsthema waar het journaal mee begon. Het leidde zelfs tot een uitgebreid onderzoek door Ir. P.K.M van der Heijde, met steun van de Dienst Grondwaterverkenning TNO, Rijkswaterstaat, Directie Waterhuishouding en Waterbeweging en de Subcommissie voor Hydrogeologie van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen. Om een echt beeld te krijgen van de zomer van 1976 en onze mogelijke toekomst is het filmpje ‘de hondsdagen van 1976’ het bekijken waard. Hittestress leidde in de zomer van 2003 in Frankrijk tot bijna 15.000 extra sterfgevallen en in Europa als geheel tot circa 70.000 extra sterfgevallen. De hittegolf van 1976 zouden die getallen ruim overtroffen hebben.

Toenemende oversterfte door hittegolven en waterschaarste is een probleem dat volgens een onderzoek, gepubliceerd in 2016 Science Advances, circa 4 miljard mensen treft.

Nu zijn er min of meer acute problemen in miljoenen steden als Kaapstad, Jakarta, Mexico City en vele anderen. In 2040, zo is de verwachting, zullen zonder ingrijpende maatregelen in heel veel landen ernstige watertekorten ontstaan, die ontwrichtend kunnen werken op het leven en werken in die landen. Het World Resources Institute (WRI) heeft in een uitgebreide rapportage geschetst welke landen, zonder de aanpak van dit probleem, getroffen zullen worden.

Het is de hoogste tijd voor een stevige aanpak. Mondiaal maar zeker ook op Europese en Nederlandse schaal. Ook voor gemeenten als Bergen op Zoom moet er over de volle breedte van het gemeentelijk beleid gewerkt gaan worden aan klimaatadaptatie en de aanpak van hittestress.

Louis van der Kallen

STEUN ONS DOOR DE BSD FACEBOOKPAGINA LEUK TE VINDEN