AUVERGNESTRAAT 34/ PERCEPTIE 2/ MISLEIDING

| jaar 2 | nummer 66 |

| 24-05-2015 | 10.30 uur |


 

| AUVERGNESTRAAT 34 |  

 

auvergnestraatAls bij de adviescommissie voor de bezwaarschriften een bezwaar over de Auvergnestraat 34 op de agenda staat, ben ik als raadslid altijd nieuwsgierig wat er nu weer met dat pand aan de hand is. Want het was een pand waarvan de gebruikers/bewoners herhaaldelijk veel overlast gaven. Met drugs als terugkerend thema. Sluiting was dan ook logisch en noodzakelijk, net als de bestemmingsplanwijziging om de bestemming (zachte)horeca van de begane grond af te halen, zodat de kans op herhaling van de problemen word verkleind. 

Op maandag 18 mei was de hoorzitting. Ter zitting verscheen een taxateur die namens de eigenaar van het pand de bezwaren tegen de weigering van het toewijzen van een planschadevergoeding toelichtte. De discussie ging niet over de sluiting maar uitsluitend over geld. De taxateur had de eis van een planschadevergoeding ad € 10.000,– onderbouwd met de te verwachten daling van de huuropbrengst. Een daling die met tal van voorbeelden was onderbouwd. De gemeente verwierp een groot deel van de voorbeelden, omdat die van buiten de gemeente kwamen, hoewel de woordvoerders namens het college erkenden dat binnen de gemeentegrenzen van Bergen op Zoom het moeilijk was voorbeelden te vinden. Hun stelling was dat het pand nu meer waard was geworden, omdat een eventuele bewoner van de bovenverdieping van het pand nu geen overlast meer zou ervaren van het gebruik van de begane grond waar tot voor kort zachte horeca was toegestaan. Dat ook nu al op de begane grond bewoning was toe gestaan liet de gemeente buiten beschouwing. Dat ook de maximale bouwhoogte van het pand naar beneden was bijgesteld en daarmee de mogelijkheden van de eigenaar waren verminderd was evenmin reden tot een neerwaartse bijstelling van de waarde.

Voor mij was het de eerste keer dat door het verminderen van gebruiksmogelijkheden een pand meer waard zou zijn geworden in plaats van minder. Ook sommige leden van de adviescommissie uitten hun verbazing.

De gemeentelijke woordvoerders baseerden hun stellingname op een taxatierapport van een door de gemeente ingehuurde taxateur. Een rapport dat veel stellingen bevatte zonder onderbouwing. Hoe je ook denkt over de eigenaar van Auvergnestraat 34, een pand in het verleden verhuurd aan lieden die veel overlast veroorzaakten, gemeentelijk handelen moet wel logisch en reëel zijn. Een waardestijging door van een pand de mogelijkheden te beperken zou in Nederland uniek zijn. Aan de waardedaling van de omliggende woningen is een einde gekomen nu de overlastsituatie niet meer bestaat. Nu is het zaak nieuwe overlast, bijvoorbeeld door leegstand en verkrotting en illegale bewoning te voorkomen. Als met € 10.000,– geholpen kan worden het pand te verbouwen en geschikt te maken voor gewone bewoning lijkt mij dat voor de gemeente, de eigenaar en de omwonenden geen slechte deal. Het weigeren van een helaas wettelijk reëel verzoek zal alleen maar leiden tot juridische meerkosten voor de gemeente. Laat helder zijn: ik gun de eigenaar zijn verlangde € 10.000,–  niet. Maar hij heeft vermoedelijk wettelijk recht op planschade. Ik hoop dat de gemeente en de eigenaar minnelijk tot een schikking komen en dat het pand opgeknapt wordt en een gewoon woonpand wordt waar de buurt geen overlast meer van zal ondervinden. De buurt heeft er recht op dat hun woongenot niet verder wordt aangetast. 

Louis van der Kallen

 


 

| PERCEPTIE 2 |  

 

perceptie 03Op zondag 17 mei besteedde ook de Bode aandacht aan de wonderbaarlijk verminderde stroom van klachtentelefoontjes onder de koppen: “Gemeente krijgt ‘maar’ 600 klachtentelefoontjes per jaar, in plaats van 10.000” en “Bergen op Zoom wordt een ‘Goed Voorbeeld’”

De gemeente blijkt door het ministerie van Binnenlandse Zaken aangemerkt als ‘Goed Voorbeeld’ als het gaat om dienstverlening. Het blijkt te gaan om het project “Dienstverlening: Uitblinken in betrouwbaarheid”. De bedoeling van het project was om zoveel mogelijk digitaal te laten verlopen. 

Feitelijk is niet alleen het aantal telefoontjes verminderd, ook het aantal meldingen gedaald van 10.000 naar 4.000 per jaar. Iemand schreef de BSD-fractie per mail:

Waar zijn die resterende 6.000 dan gebleven?
Zijn er ineens zoveel minder klachtsituaties?
Gelooft de Gemeente dat zelf?
Volgens mij is het heel simpel: die 6.000 hebben het gewoon opgegeven. Die komen niet door die internetprocedure heen.”

De Gemeente heeft dus 3 dingen bereikt:

  1. Het werk van de Servicelijn-dames is verschoven naar de melders.
  2. Het aantal meldingen is drastisch gedaald doordat de gewone melders simpelweg afhaken.
  3. Dit geweldige succes wordt landelijk uitgerold. Bergen op Zoom staat weer op de kaart.

Tel uit je winst!”

Of met de digitale dienstverlening de dienstverlening verbeterd is, is maar de vraag. Het voegt wel iets toe en daar is op zich niets mis mee. Het is zeker geen maat voor “uitblinken in betrouwbaarheid”.  Digitalisering is slechts voor een beperkt deel van de bevolking een verbetering. Dat zijn vooral jongeren en mensen voor wie de computer weinig geheimen kent. Niet iedereen is tot in de finesses vertrouwd met de mogelijkheden van computers en websites. Veel ouderen zijn al blij dat ze kunnen mailen en mee kunnen doen op facebook. De gemeente vergeet in dit soort zaken dat de melders en klagers niet de doorsnee burgers zijn. Ouderen die zich nog wel druk maken over hun leefomgeving zijn onder de melders en klagers oververtegenwoordigd. Laat dat nu vooral de groep zijn waarvoor de telefoon weinig geheimen kent en de computer, app’s en websites vooral een wereld is van hun kinderen en kleinkinderen. Voor de BSD-fractie is het helder: onze gemeente is een uitblinker in het zich verstoppen voor klachten, meldingen en verbeter suggesties. In een tijd van bezuinigingen zijn burgers die meedenken over hun leefomgeving niet echt gewenst. Want zij zijn het die zien wat de bezuinigingen in de praktijk in de openbare ruimte betekenen. Voor de BSD-fractie is het ontmoedigen van het gebruik van de servicelijn en de telefoon zeker geen verbetering en al helemaal geen goed voorbeeld.

Louis van der Kallen

 


 

| MISLEIDING |  

 

oranje kaartHet leermoment van deze week is dat brieven/antwoorden van het college zo nu en dan misleidende elementen bevatten. Zeker als het over zaken gaat waar de raad over een breed front optrekt, zoals over het zwembad de Melanen.

In de commissie werd gesproken over een gezamenlijke brief van GBWP en de BSD en het antwoord van het college op deze brief. Hier bleek scherp lezen noodzakelijk. Mij viel op dat in het antwoord van het college stond: “er zijn nu al 633 abonnementen verkocht. Als dan een inspreker die met de behandelende ambtenaar gesproken heeft zegt dat die behandelende ambtenaar heeft gezegd dat: de voorverkoop “niet extreem slecht was…… niet alarmerend was….. niet onrustbarend was”, dan wil ik wel echt weten wat de cijfers vorig jaar waren? Het bleken er toen 1200 te zijn. Op dat moment is helder dat het gebruik van het woordje “al” ronduit misleidend was. De vraag rijst dan ook als bijna 48 % minder voor de ambtenaren en het college niet extreem slecht, onrustbarend of alarmerend is, wat is dat dan wel?

Het college en de ambtenaren moeten snel eerlijker worden in dit soort discussies, want anders is wat de BSD-fractie betreft een motie van wantrouwen gepast. De gemeenteraad moet op de woorden van het college en haar woordvoerders kunnen vertrouwen en ik moet constateren dat hier enig wantrouwen op zijn plaats is. Wat de BSD-fractie betreft was deze discussie geen gele kaart maar op zijn minst een oranje kaart. 

Louis van der Kallen

 


 

| VERZONDEN BRIEVEN |

 

21-05
SITUATIE SERINGSTRAAT/JASMIJNSTRAAT, KENMERK LVDK 15031


21-05
VERZOEK WET OPENBAARHEID VAN BESTUUR, KENMERK LVDK/15030