DE BAROMETER/ EEN STERCKE BIZONE/ EEN NIEUWE REFORMATIE/ VERZONDEN BRIEVEN

| jaar 1 | nummer 27 |

| 07-09-2014 | 10.30 uur |


 

| DE BAROMETER |

 

barometerMet enige regelmaat heeft BNdeStem een bijlage genaamd: de Ondernemer. Deze bijlage kent al sinds jaar en dag een onderdeel met de mooie titel: de barometer. In de ‘barometer’ geven ‘experts’ hun mening over de ontwikkelingen en het sentiment binnen de ondernemingswereld van West-Brabant. 

Heel lang geleden was het algemene bewustzijn dat een onderneming uit meer bestond dan alleen de factor kapitaal en ondernemerschap. Ook de factor arbeid werd een prominente rol toegedicht. Dat lijkt steeds minder het geval. De laatste uit de vakbeweging afkomstige ‘expert’ die in het onderdeel de barometer aan het woord kwam was Chris van Loon van de Unie. Nu maakt hij geen deel meer uit van het uit 21 koppen bestaande illustere gezelschap dat nog wel om hun mening wordt gevraagd.

Voor de redactie van BNdeStem hebben vakbondsvertegenwoordigers klaarblijkelijk niets meer toe te voegen aan de door ondernemers en politici geëtaleerde meningen over de ontwikkelingen in ondernemend West-Brabant. In de barometer van 30 augustus 2014 ontbreekt de inbreng van de vakbeweging. Als mens met een FNV achtergrond werd ik niet altijd warm van de mening van een typische Unie man als Chris van Loon, die toch vooral het middenkader vertegenwoordigde. Maar hij vertolkte wel de werknemersgevoelens en gedachten over de ontwikkeling van het ondernemersklimaat in West-Brabant en de gevolgen voor de medewerkers. Wat ook opvalt in de barometer van de Ondernemer van 30 augustus is dat de inbreng van de industrie ook op de laatste benen lijkt te lopen. Ook vanuit de industrie is de inbreng heel beperkt, terwijl in West-Brabant de maakindustrie toch nog altijd goed is voor veel arbeidsplaatsen, zeker in steden als Bergen op Zoom. Het lijkt er op dat BNdeStem alleen voor goed nieuws gaat en niet zit te wachten op werknemers- c.q. vakbondsgevoelens in deze periode van sluiting van Philip Morris.

Als lezer en als lokaal politicus verwacht ik echter dat de regionale krant, die ik lees, zichzelf als beoogd onafhankelijk medium toch enigszins serieus blijft nemen en niet de roeptoeter wordt van de ondernemers die de factor arbeid in de samenleving steeds minder menen te moeten waarderen.

Louis van der Kallen

 


 

| EEN STERCKE BIZONE |

 

elfenbozDe afgelopen week werden diverse krantenkolommen gevuld met artikelen over de controverse tussen enerzijds de verantwoordelijke wethouder, de heer Linssen en de bestuursleden van de stichting BiZone en anderzijds het bestuur van de ondernemersvereniging SterckVoor mij als raadslid kwamen er zaken voorbij waar ik, en ik ben bang een groot deel van ondernemend Bergen op Zoom, niet blij van word. Dit soort publiciteit werk niet mee aan het verkrijgen en behouden van een goed ondernemersvriendelijk imago van onze binnenstad. En dat is hard nodig om zoveel mogelijk de leegstand in de binnenstad te voorkomen en te bestrijden.  

Soms is het goed om even terug te kijken en te beseffen hoe het zover gekomen is, alvorens je als raadslid over de toekomst uit te spreken. In het verleden was een ondernemersvereniging als Sterck volledig aangewezen op vrijwillige bijdragen van de in de binnenstad gevestigde ondernemers. Een fors deel van die ondernemers betaalden echter niet mee. Veel filiaalbedrijven beriepen zich op een landelijk beleid en kleine ondernemingen hadden vaak geen budget. Er was dus een fors aantal ‘free-riders’. Wel profiteren van georganiseerde evenementen, maar niet meebetalen. Toen vonden de betalers dat er voor dit (wan)gedrag een oplossing gezocht moest worden. Toentertijd werd er in Den Haag gesleuteld aan de experimentenwet BiZone en werd in overleg met de Kamer van Koophandel en gemeente besloten ondernemers te enthousiasmeren om een dergelijke regeling in de binnenstad van Bergen op Zoom tot stand te brengen. Sterck ondersteunde dit streven en de gemeente ondersteunde de regeling met een toezegging van jaarlijks 100.000 euro en trok daarmee de ondernemers over de streep om bij de tweede stemronde de vereiste meerderheid van instemmende ondernemers wel te verkrijgen om conform de regels, verbonden aan de experimentenwet, een BiZone in te stellen. De voormalige Sterck voorzitter, Henri van den Bergh, zocht en vond vrijwilligers onder de ondernemers in de binnenstad die het bestuur (zevental ster(c)k) van de stichting BiZone wilden vormen. Zij vormden een orgaan, dat onlosmakelijk gekoppeld is aan een wet waarbij de gemeente een controlerende functie heeft als het gaat om bestedingen van gelden door de gemeenschap opgebracht en dienden vorm te geven aan de besteding van gelden ten behoeve van de ontwikkeling van onder andere evenementen in de binnenstad. Naar mijn waarneming doet het bestuur van de Stichting BiZone dat tot op de dag van vandaag naar eer en geweten.

Voor zover ik als raadslid kan constateren was Sterck enthousiast over het realiseren van het ondernemersfonds. Er was immers een forse pot geld tot stand gekomen om te besteden aan allerhande plannen die ook Sterck had voor de binnenstad. Men moet echter beseffen dat men had gekozen voor een wettelijke regeling onder een experimentenwet (nu wet) BiZone waarbij de overheid regels stelt aan de besteding van de gelden die in het kader van de BiZone worden geïnd. Ook de gemeente (college en gemeenteraad) hadden en hebben de taak toe te zien op de wettelijke besteding van de gelden door het bestuur van de stichting BiZone. Zonder ‘free-riders’ was de pot voor de evenementen in de binnenstad nu groter dan ooit. Het is begrijpelijk dat ondernemers en hun organisaties niet met alle facetten van de wet blij zijn. Bijvoorbeeld over het deel van de pot dat wettelijk besteed moet worden in het kader van ‘schoon, heel en veilig’. Ook de stichting BiZone is er, naar mijn waarneming, geen voorstander van om door ondernemers opgebrachte gelden deels te besteden aan voormalige overheidstaken. Maar ook zij zijn gehouden conform wet en regelgeving te handelen. Zeker als uiteindelijk de ondernemers van de binnenstad hier van profiteren. Nadat de eerste wrijvingen naar buiten kwamen stelde het college voor dat Sterck voortaan zelf de regie kon krijgen over maximaal 93.000 euro (de ton van Ton), mits gebaseerd op goede ideeën en onderbouwd met prognosebudgetten. De BiZone ging verder als beheerder van de resterende gelden, waarvan maximaal 25.000 euro werd toegezegd aan Sterck met verantwoording van Sterck aan de stichting BiZone. Nadien ontstonden verschil van inzichten in de financiële keuzes van het Sterck bestuur, zoals over het Elfenboz met de uiteindelijke dreiging van de wethouder om in een uiterst geval de geldkraan dicht te draaien. Voor zover ik dat als raadslid kan beoordelen, werden in deze periode zowel door het bestuur van BiZone als door het bestuur van Sterck goede projecten ter promotie van de binnenstadsondernemers opgezet en uitgevoerd en handelde de wethouder naar de hem bij wet opgedragen taken. Toch bereikte ons, als politiek, steeds meer berichten vanuit met name het Sterck bestuur, dat dit bestuur de behoefte kreeg aan minder controle en meer macht over alle gelden die in de ogen van het Sterck bestuur, doch in strijd met wet en regelgeving, voor de volle honderd procent aan de ondernemersvereniging zouden toebehoren. Vanaf vorig najaar leek de boel te escaleren. Hierbij werden er soms zaken uitgesproken die niet in het belang waren en zijn van de Bergse gemeenschap en haar binnenstadondernemers in het bijzonder. Helder moet zijn dat we zonder de BiZone terug zouden vallen op een situatie zonder geld voor de binnenstad. Een situatie met vermoedelijk door de crises nog meer ‘free-riders’. Dus geen verplichte bijdrage van iedere ondernemer, met als gevolg veel minder of minder goede evenementen.  

Het moet helder zijn dat een wethouder zich dient te onthouden van het openbaar maken van zijn gevoelens over de kwaliteiten van een bestuur of bestuurders van een particuliere vereniging of stichting. Hij gaat daar niet over. Anderzijds is het niet in het belang van ondernemend Bergen op Zoom dat hun bestuurders niet zonder voorwaarden vooraf met elkaar willen overleggen over hoe het nu verder moet c.q. kan. Het schofferen van een bemiddelaar van goede naam en faam is niet alleen onbehoorlijk, maar vooral niet in het belang van de Bergse binnenstadondernemers. Juist in een tijd dat binnensteden ernstig te lijden hebben van een economische crises en veranderende koopkrachtpatronen en de detailhandel door internet op zijn kop gaat, moet iedereen, eensgezind over de eigen schaduwen heenstappend, zich inzetten voor het gezamenlijke belang van een leefbare en dynamische binnenstad. Ik voel mij als politicus niet aan zet. Want de wethouder moet weliswaar soms eens leren zijn mond te houden over zaken, waar hij niet over gaat, zoals het bestuur van Sterck, maar hij heeft wel gelijk als het gaat over de gemeentelijk controle op de besteding en verantwoording van de gelden. Naar al degenen die de BiZone willen opblazen gaat mijn waarschuwing: weet wel waar je afscheid van neemt en wat het tot nu toe heeft betekend.

Wat mij betreft gaan we voor ‘een Stercke BiZone’. 

 

Louis van der Kallen

 


 

| EEN NIEUWE REFORMATIE |

 

montesquieuOp zaterdag 23 augustus luidde een kop in de NRC “ongelijkheid in Nederland groeit en links kijkt toe”. Net als in de USA ontstaat er in ons land een nieuw soort asociale bovenklasse, die zich politiek inzet om de overheid en belastingdruk zo klein mogelijk te houden en landelijk links staat er bij en kijkt er naar en doet, vanwege het behoud van het regeringspluche, niets.  

Uit de recente studie “Hoe ongelijk is Nederland” van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) blijkt dat, gecorrigeerd voor inflatie, de afgelopen veertig jaar het gemiddelde gezinsinkomen nauwelijks is gestegen terwijl de topinkomens zijn geëxplodeerd. Iemand op (top)niveau ontvangt volgens de WRR inmiddels 52 keer het minimumloon. Terwijl het grootste deel van de bevolking sinds 2008 lijdt onder de economische stagnatie zijn de vermogenden de dans ontsprongen. Inmiddels behoort Nederland tot de landen met de grootste vermogensongelijkheid. De teleurstelling in de overheid die dit alles laat gebeuren neemt toe en daarmee ook in de politici en de democratie als instituut. De kiezer wordt wispelturiger en ongedurig, hetgeen leidt tot een steeds snellere wisseling van politici met als gevolg dat  de overheid aan macht en gezag inboet. Het zijn de zwakkeren die het gelag betalen in de vorm van hogere belastingen en lagere dienstverlening.  

In 1748 publiceerde Montesquieu “De geest der wetten” met daarin de stelling: “liefde voor de democratie is liefde voor gelijkheid”. Voor Montesquieu was rijkdom gerechtvaardigd zolang dat de vrucht was van de inzet van talenten of de deugd van soberheid, dus niet het resultaat van vermogensaanwas. Hij pleitte voor het verminderen van ongelijkheden door het opleggen van lasten aan de rijken en het bieden van verlichting aan de armen. Hij stelde: “Naarmate de weelde zich steviger vestigt, richt de aandacht zich meer op het eigenbelang. Een door weelde verdorven hart keert zich weldra tegen de wetten die het als hindernissen ervaart.”. Tot zover een samenvatting van het NRC artikel van de hand van Marcel ten Hooven.  

Het kan anders! Op dezelfde dag stond een artikel in de Volkskrant met de kop de “Heerlijke wereld van gisteren”, waarin beschreven werd het beleid en de financiële gevolgen van een regering met de PvdA in de jaren vijftig. Met een staatsman aan het roer die wars was van iedere vorm van luxe. Niks geen prestige objecten of projecten. Drees liet de staatsuitgaven dalen en tegelijkertijd nam de ongelijkheid af en werd Nederland een socialer land. Geen dure verbouwingen van musea of ministeries. De aantallen rijksambtenaren verminderden en tegelijkertijd werden sociale voorzieningen gerealiseerd. Dat was in een tijd dat zowel de minister van Financiën en Sociale Zaken van PvdA huize was, net als nu. Was Drees kleinburgerlijk zoals rechts en later de PvdA hem graag omschreef? In mijn ogen niet hij had het hart op de juiste plaats en lette tegelijkertijd goed op de centen. Het wordt tijd dat het beleid van de vijftiger jaren opnieuw gestalte gaat krijgen. Het is tijd voor een nieuwe reformatie.

De reformatie in het begin van de 16e eeuw was niet slechts het gevolg van kerkelijke misstanden, maar zeker ook het gevolg van vele politieke en juridische misstanden. Daar moet wel bij bedacht worden dat ‘de kerk’, zowel bestuurlijk als gerechtelijk, toen een grotere rol speelde dan nu. De reformatie van toen was ook een protestgeluid tegen zelfverrijking, dure zinloze oorlogen, corruptie en veronachtzaming van het individu. Er lijkt sindsdien veel veranderd. Maar niet op terreinen van graaien, oorlogen, het egocentrisme en egoïsme van de rijke, in toenemende mate asociale, bovenlaag.

Op ieder overheidsniveau kan en moet het anders. Ook in Bergen op Zoom. Minder luxe, geen overbodige zaken en geen prestige projecten. Ophouden met dromen over zaken die niet realiseerbaar zijn zoals plannen voor woningbouw (Bergse Haven). Of het realiseren van zaken waar niemand op zit te wachten, zoals de nieuwe loopbrug naar het Ravelijn. 

Louis van der Kallen

 


 

| VERZONDEN BRIEVEN |

 

Lees hier:

1 september 2014 – ONDERHOUD OPENBARE RUIMTE, KENMERK PVDK/14058

3 september 2014 – DIVERSEN 2014-11, KENMERK LK/14059