BEZUINIGINGEN MUSEUM MARKIEZENHOF 2

 

   


 | LVDK 21010 | 27-04-2021 |

 

Geacht College,

 

Op 10 april 2021 zond ik uw college een brief met vragen over de voorgenomen bezuinigingen op Museum het Markiezenhof. BEZUINIGINGEN MUSEUM MARKIEZENHOF 1 . Ter aanvulling heeft mijn fractie – na nader onderzoek en bestudering van nadere gegevens van zowel het Markiezenhof als Stichting Musea Zutphen – nog een aantal aanvullende vragen en opmerkingen. In dat kader verwijs ik uw college naar de bijlage “Oppervlakte vergelijking Musea Zutphen – Museum Markiezenhof” (bijgevoegd). Ondergetekende heeft de vrijheid genomen een aantal gegevens van beide musea op te vragen, dit om te kunnen bepalen in hoeverre de vergelijking tussen de twee musea hout snijdt.

Helaas was in deze corona tijd een lijfelijk bezoek aan beide musea niet mogelijk. Wel heb ik van de Stichting Musea Zutphen per omgaande mijn vragen beantwoord gekregen.

Zowel uit bestudering van het jaarverslag/jaarrekening 2019 van de Stichting Musea Zutphen als uit analyse van hun website en van vele publicaties blijkt hoe verschillend de twee vergeleken musea zijn.

De expositieruimte van het Markiezenhof is in vierkante meters TWEE KEER zo groot als die van de Musea Zutphen. Het verschil in de aard van de ruimten is gigantisch. Musea Zutphen is in een relatief modern gebouw gevestigd, terwijl het Markiezenhof een doolhof is van tal van ruimten, groot en klein. Dat alleen al leidt tot een totaal verschil in schoonmaak-, energie- technische- en interne onderhoudskosten!

Ook het aantal vierkante meters dat nodig is voor dat onderhoud, verwarming en verlichting is van een totaal andere orde. In het Markiezenhof is de benodigde oppervlakte aan werkplaatsen en technische ruimten ruim TWEE en HALF KEER zo groot.

De depots zijn qua oppervlakte ongeveer gelijk. Dat bekeken vanuit de aard en samenstelling van de collectie betekent dat werken in de depots onvergelijkbaar is. Het ruimtegebrek in het Markiezenhof qua depotmogelijkheden leidt tot minder effectieve werkzaamheden. Er staat gewoon veel in de weg!

Bij de kantoorruimten kan geconstateerd worden dat het Markiezenhof met circa 20 % minder toe blijkt te kunnen dan Musea Zutphen.

De diverse ruimten ( entree/ balie/ winkel/ café/ toiletten enz.) hebben in het Markiezenhof een bijna ZES KEER z’n groot oppervlak dan bij Musea Zutphen. Dat komt voornamelijk door de aard en het gebruik van de Hofzaal en de tuinzalen.

De binnenruimten in het Markiezenhof zijn bijna TWEE KEER zo groot als bij Musea Zutphen. Daarbij komt nog dat de ‘buitenruimte’ bij het Markiezenhof aan tuinen en binnenplaatsen en buitengalerijen ruim 3500 vierkante meter is die ook aandacht (tijd en geld) vraagt in het kader van ‘museale activiteiten’.

De fractie van de BSD is verbijsterd door het totale gebrek aan inhoudelijke vergelijking in de documentatie die ons als raadsleden is gepresenteerd. Musea Zutphen is verre van vergelijkbaar met ons Museum het Markiezenhof.

Businesscase Markiezenhof lijkt een samenraapsel van wat ‘uitkomt’ in de doelstelling. De BSD-fractie heeft de indruk dat puur op managementthema’s (geld, personeel en bezoekersaantallen) keuzes zijn gemaakt in wat aan de raad is gepresenteerd. Persoonlijk heb ik de indruk dat een presentatie is gemaakt, niet om Bergen op Zoom te dienen maar om het college te plezieren. Het is tegelijkertijd een teken van minachting naar de gemeenteraad en betrokken personeelsleden om een vergelijking te maken die uitsluitend gebaseerd is op managementdata.

  • WAAR IS DE INHOUDELIJKE VERGELIJKING? Het gaat notabene om een parel van allure!

  • Op basis van welke uitgangspunten en data heeft het college deze zogenaamde Businesscase Markiezenhof rijp geacht voor presentatie aan de gemeenteraad?

Ondergetekende heeft een totaal ander beeld van de twee musea dan in de presentatie geschetst. De zogenaamde Businesscase Markiezenhof is kwalitatief totaal gebrekkig, of bedoeld als een opzettelijke misleiding.

  • Welke van de twee geschetste kwalificaties is het volgens uw college?

Uw college en de opstellers van de zogenaamde Businesscase Markiezenhof verdienen, wat ondergetekende betreft, een stevige symbolische ‘santekwant’.

  • Om af te sluiten met een suggestie vraagt de BSD-fractie uw college eens te kijken wat een grote schoonmaak/verkoopactie onder de stukken aangekocht in de tijd (1956/1987) van de Beeldende Kunstenaars Regeling (BKR) kan opbrengen en hoeveel werkruimte dit kan creëren in de depots van het Markiezenhof? Laat een veilinghuis er eens naar kijken! Met de aanwijzingen/prioritering van het veilinghuis en met toepassing van de Leidraad Afstoting Museale Objecten kan een versnelde afstoting worden bewerkstelligd.

In afwachting van uw reactie,
met vriendelijke groet,

 

LOUIS VAN DER KALLEN.