WOB ONDERZOEK WOONWAGENS, KENMERK LK/14021

 


 

Bergen op Zoom, 6 mei 2014

 

Aan het College van Burgemeester en Wethouders
der Gemeente Bergen op Zoom
Postbus 35
4600 AA Bergen op Zoom

Betreft: WOB onderzoek woonwagens, kenmerk LK/14021

Geacht College,

Dank voor de beschikbaarstelling van de ambtelijke ondersteuning bij mijn onderzoek op basis van mijn WOB verzoek d.d. 1 maart 2014 inzake Product P1102 volkshuisvesting/beheer woonwagens.

Constateringen:
– de afgelopen jaren zijn er geen kosten meer geboekt ten laste van de post abonnementen, lidmaatschappen, contributies;
– de aanzienlijke post “overige lasten” betreft vrijwel uitsluitend de vergoedingen aan de firma Nijbod;
– ‘woonwagen zaken’ zijn ondergebracht bij de afdeling handhaving;
– door handhaving wordt (incidenteel) een toezichthouder ingehuurd;
– het ‘Nijbod contract’ op basis waarvan Nijbod de beheers- en onderhoudstaken uitvoert is van 14 april 1992;
– na 1992 is het contract ‘stilzwijgend’ jaar na jaar verlengd;
– onder het beheer van huurwoonwagens en standplaatsen werden in het ‘Nijbod contract’ uit 1992 een negental onderdelen/taken benoemd;
– van de oorspronkelijke negen is in het ‘afsprakenlijstje d.d. 18 maart 2014 met de gemeente over 2014’ slechts een beperkt aantal terug gevonden;
– de tarieven van c.q. de vergoedingen aan Nijbod zouden jaarlijks aangepast worden op basis van het indexcijfer van de gezinsconsumptie.

Vragen/opmerkingen
– Het lijkt er op (geen abonnementen vakliteratuur) dat er binnen de gemeente niet systematisch de ontwikkelingen van de woonwagenbewoning/cultuur worden bijgehouden. Op welke wijze is de benodigde kennis(opbouw) inzake de woonwagenbewoning/cultuur in de gemeentelijke organisatie geborgd?
– Waarom zijn woonwagenzaken ondergebracht bij handhaving en niet bij volkshuisvesting?
– Op basis van de (niet) aanwezige rapportages ligt de conclusie voor de hand dat er buiten handhaving geen kennis wordt ontwikkeld op het gebied van woonwagenbewoning/cultuur.
– Op basis van welke regelgeving acht het college het acceptabel dat vanaf 1992 onafgebroken het contract met Nijbod zonder nieuwe aanbesteding is verlengd?
– Gezien de feitelijke looptijd en financiële omvang van de van Nijbod ingekochte diensten zouden, naar het inzicht van de BSD-fractie, de beheers- en onderhoudstaken, nu gegund aan Nijbod, allang Europees aanbesteed moeten worden. Waarom is dat tot op heden niet gebeurd?
– Op basis van de cijfers te vinden op     https://nl.inflation.eu/inflatiecijfers/nederland/historische-inflatie/hicp-inflatie-nederland.aspx hadden de tarieven (bij ongewijzigde dienstverlening) van Nijbod tussen april 1992 en december 2013 met 55,3 % mogen stijgen. Wat is de werkelijke stijging in die jaren geweest? De BSD heeft wel de tarieven over 2013 kunnen vinden maar niet die van 1992.
– Bij vergelijking van de door Nijbod volgens het contract te vervullen taken en het afsprakenlijstje voor 2014 valt op dat met name op het gebied van toezicht/handhaving de taken van Nijbod zijn veranderd. “Het toezicht en het (doen) handhaven van een goede bewoning van de huurwoonwagens en de woonwagenstandplaatsen” en “het toezicht op de opslag- en sloopterreinen, het binnen de centra gelegen openbaar groen en de openbare weg” waren taken vermeld in het contract van 1992 dat steeds verlengd zou zijn.
 Deze taken lijken op enig moment niet meer te zijn uitgevoerd door Nijbod en nu  uitgevoerd te worden door een separaat door de afdeling handhaving ingehuurde  toezichthouder. Sinds wanneer zijn deze taken niet meer uitgevoerd door Nijbod en  heeft er op basis van deze taakverandering een aanpassing plaatsgevonden van de aan  Nijbod betaalde tarieven per woonwagenplaats?
–    Ondergetekende heeft geen inzage gekregen in eventuele evaluaties van  dienstverlening door Nijbod. Zijn er evaluaties geweest en tot welke aanpassingen in  het beleid/de taken hebben die geleid?

In afwachting van uw reactie,

hoogachtend
namens de BSD-fractie

Louis van der Kallen